Om u de Nederlandse Kunstkoopregeling te kunnen blijven aanbieden, is voorgeschreven dat Galerie Marzee de principes van de Fair Practice Code onderschrijft die is vastgesteld door een vertegenwoordiging uit de kunstensector. Uiteraard willen we u graag in staat blijven stellen gebruik te kunnen maken van de Nederlandse Kunstkoopregeling en onderschrijven we de principes uit deze code. We doen dat overigens met gemengde gevoelens waar het in de tekst van de code niet gaat om vanzelfsprekende universele normen en principes maar waar direct of indirect meningen worden verkondigt of stellingen worden ingenomen. Dat betekent niet dat we dergelijke meningen of stellingen bij voorbaat afwijzen; zoals veel van onze kritische kunstenaars en klanten zijn we gewoon bij voorbaat huiverig om iets integraal zonder meer te onderschrijven dat wordt gepresenteerd als zijnde ‘de norm’, ‘juist’ of ‘de waarheid’. Daarnaast is het vastleggen van vanzelfsprekende universele principes een bijna tegenstrijdige exercitie en aan interpretatie en semantische woordspelletjes onderhevig waarmee ernstige afbreuk kan worden gedaan aan de onderliggende waarden en normen die deze principes vertegenwoordigen.
Hieronder de integrale tekst van de code op de website van het Mondriaanfonds die onder meer verantwoordelijk is voor de Nederlandse Kunstkoopregeling: https://www.mondriaanfonds.nl/gallery-fair-practice-code/
Sinds 2021 is de Fair Practice Code een vaste voorwaarde voor het deel van de cultuursector dat met publieke middelen wordt ondersteund. Op verschillende manieren draagt het Mondriaan Fonds bij aan de galeriesector. Het fonds vindt het daarom belangrijk dat de principes uit de Fair Practice Code ook in de galeriesector vanzelfsprekend zijn. Per 1 juli 2023 wordt voor galeries die de KunstKoop willen aanbieden of een bijdrage willen ontvangen voor een buitenlandse kunstbeurs de Gallery Fair Practice Code een vaste voorwaarde. Voor hen geldt; pas toe én leg uit. De galeries worden geacht de code integraal op een zichtbare plek op hun website te publiceren, met de verklaring dat ze de code onderschrijven.
De code
- De betrokken galerie legt de relatie tussen galerie en kunstenaar schriftelijk vast, inclusief afspraken over de duur van de overeenkomst, prijzen en eventuele kortingen. Andere mogelijke onderwerpen om in dit document vast te leggen zijn: monitoring en evaluatie van de afspraken, streefdoelen van beide partijen (bijvoorbeeld wat betreft zichtbaarheid in het buitenland), de relatie met een tweede galerie, afspraken over het verrekenen van mogelijke kortingen, over opdrachten van derden, of de verrekening van andere kosten zoals transport, fotografie, verzekeringen of opbouw van een tentoonstelling. Voor modelcontracten zie de NGA-website.
- De kunstenaar blijft eigenaar van diens werk tot het moment van volledige betaling aan de galerie, met uitzondering van secundaire handel. Dit geldt ook in geval van faillissement en/of beslaglegging van de galerie.
- De galerie zal de kunstenaar binnen 60 dagen na verkoop van diens werk het volledige kunstenaarsdeel van de met de klant overeengekomen verkoopprijs uitbetalen, voorzien van de naam en adresgegevens van de koper, en een kopie van de factuur.
- Onverkochte kunstwerken in het beheer van de galerie dienen te allen tijde en binnen een maand aan de kunstenaar te worden geretourneerd indien deze daarom vraagt.
- De verhouding van galeries onderling mag er een zijn van competitie en concurrentie, maar dient in alle opzichten loyaal aan de belangen van de betrokken kunstenaar te zijn, in het geval dat verschillende galeries eenzelfde kunstenaar vertegenwoordigen. In het geval dat een galerie exclusief met een kunstenaar werkt, derhalve als ‘moedergalerie’ voor deze kunstenaar fungeert, en een andere galerie wil met deze kunstenaar een tentoonstelling organiseren, dan dienen de betrokken partijen schriftelijke afspraken te maken over de condities waaronder een tentoonstelling kan plaatsvinden (zie bijlage voor een NGA voorbeeldcontract).
- De galerie wordt geacht deskundig en vakbekwaam te zijn en deze deskundigheid en vakbekwaamheid te onderhouden.
- De galerie staat in voor de echtheid van het werk dat zij verkoopt.* In het geval dat vast komt te staan dat een werk naar het oordeel van een erkende onafhankelijke partij onecht is, zal de galeriehouder het werk terugnemen en het bedrag dat de klant hiervoor betaald heeft restitueren.
- Een galerie vermeldt op de website de doelstellingen, het programma, de werkwijze en het kunstenaarsbestand van die galerie.
- Een galerie wordt geacht in haar handelen de Fair Practice code (fairpracticecode.nl) te volgen, die onder meer een waarborg biedt tegen grensoverschrijdend gedrag binnen de galerie of daarbuiten.
* Bij de Nederlandse Galerie Associatie kunnen desgewenst echtheidscertificaten worden verkregen
—
De galeries worden geacht de code integraal op een zichtbare plek op hun website te publiceren. Hieronder de integrale tekst van de code:
Waarom de Fair Practice Code?
Er bestaat een breed gedragen en urgente behoefte aan het vormgeven en in stand houden van een gezonde arbeidsmarkt in de culturele en creatieve sector. De Sociaal Economische Raad en de Raad voor Cultuur hebben in hun rapporten geconcludeerd dat de sector kunst, cultuur en creatieve industrie weliswaar hoogwaardig en internationaal toonaangevend is, maar dat er ook sprake is van uitholling en van een zorgelijke arbeidsmarkt.
Solidariteit
Tijdens bijeenkomsten met betrokkenen zijn in 2017 de eerste aanzetten gegeven tot vormgeving van het begrip Fair Practice en de uitgangspunten die eraan ten grondslag liggen. Geïnspireerd door vergelijkbare initiatieven in omringende landen en in andere sectoren, werd onderzocht wat de noodzaak is van een eerlijke praktijk en op welke (voor)waarden deze moet worden gegrondvest. Dit vooronderzoek heeft geleid tot vijf gedeelde waarden, die de grondslag vormen voor de gedragscode en die een referentie zijn voor reflectie en evaluatie. De Fair Practice Code werd gelanceerd op 3 oktober 2017 en is in 2018 aangescherpt naar aanleiding van werksessies met werkenden uit de hele culturele en creatieve sector.
Het debat over Fair Practice heeft ook bijgedragen aan de bewustwording bij de politiek dat een herwaardering van de culturele en creatieve sector vorm moet krijgen, zowel in immateriële als materiële zin. De sector heeft verantwoordelijk- heid genomen door de handen ineen te slaan en samen een ‘Arbeidsmarktagenda Culturele en Creatieve Sector 2017 – 2023’ op te stellen. De Fair Practice Code is een onderdeel daarvan en is bedoeld als handvat voor alle culturele professionals om die dialoog te voeren, om zichtbaar te maken wat er beter kan en daadwerkelijk verbeteringen door te voeren.
Wat is de Fair Practice Code?
De Fair Practice Code is een gedragscode voor ondernemen en werken in kunst, cultuur en creatieve industrie op basis van vijf kernwaarden: solidariteit, diversiteit, duurzaamheid, vertrouwen en transparantie. De code nodigt uit tot kritische reflectie en biedt een handreiking voor hoe de sector samen tot een toekomstbestendige arbeidsmarkt en beroepspraktijk komt.
Hij functioneert als een paraplu voor regelingen en richtlijnen ter verbetering van het verdienvermogen en de ontwikkelings- perspectieven voor werkenden in de culturele en creatieve sector. Ook spoort de code aan om deze, waar nog niet aanwezig, te ontwikkelen.
Deze code nodigt uit om gezamenlijk verantwoordelijkheid te nemen voor een ‘Fair Chain’, waarin kunstenaars en creatieven, maar ook ‘mogelijkmakers’ van kunst en cultuur een ‘Fair Share’ en ‘Fair Pay’ toekomt van de waarde van hun vakmanschap, zeggingskracht en uniciteit in de samenleving. Dat wil zeggen dat iedereen onder eerlijke omstandigheden werkt en tegen een redelijke vergoeding. Dat ieder bewust is van zijn plek in de keten, verantwoordelijkheid neemt en solidair is met andere werkenden in het veld.
De Fair Practice Code is opgesteld door een brede vertegenwoordiging van culturele en creatieve professionals en vormt een aanvulling op de Governance Code Cultuur en Code Culturele Diversiteit.
Voor wie de Fair Practice Code?
De code is er voor alle werkenden binnen de culturele en creatieve sector, iedereen die de sector ondersteunt en iedereen die afnemer is van kunst en cultuur. De code is van toepassing op zowel gesubsidieerde als niet-gesubsidieerde personen en organisaties.
De culturele sector en creatieve industrie kennen de deelsectoren: podiumkunsten, erfgoed, beeldende kunst, audiovisueel, film, letteren, architectuur, vormgeving, nieuwe media, cultuur- educatie, amateurkunst, bibliotheken, media, entertainment, creatieve zakelijke dienstverlening, archieven, mode en gaming.
De Fair Practice Code heeft betrekking op alle soorten werkver- houdingen en richt zich tot opdrachtgevers, werkgevers, werknemers, zelfstandige professionals, stagiairs en vrijwilligers. Zo horen bijvoorbeeld dansers, kunstenaars, muzikanten, restauratoren, filmmakers, ontwerpers, architecten en journalisten, maar ook alle ondersteuners, technici, productiemedewerkers en bestuurders tot de doelgroep.
De code richt zich ook op aan de sector gerelateerde instellingen, zoals brancheorganisaties, fondsen, het Rijk, Provincies en Gemeenten, namelijk om de verantwoordelijkheid te delen en voorwaarden te creëren om Fair Practice toe te passen, te ondersteunen en te promoten.
Voor de afnemers van cultuur, het publiek, biedt de code de mogelijkheid om een helder begrip toe te voegen aan de discussie rondom de waarde van kunst en cultuur. De code draagt dus ook bij aan meer waardering voor de rol van de culturele sector in onze economie en samenleving. Daarnaast biedt de code het publiek inzicht in de beroepspraktijk en ethiek in de cultuursector.
Hoe de Fair Practice Code toe te passen?
De Fair Practice Code is bedoeld als handvat voor alle culturele professionals om met elkaar in gesprek te gaan. Het is een uitnodiging om kritisch na te denken over wat normaal wordt gevonden, om zichtbaar te maken wat er beter kan en vervolgens daadwerkelijk verbeteringen door te voeren.
Toepassen begint dus met lezen. Vraag jezelf af hoe de vijf waar- den aansluiten bij jouw praktijk. Waar is ruimte voor verbetering? De code reikt een aantal onderwerpen aan waaraan je je eigen praktijk kunt toetsen en waarover je in gesprek kunt gaan met de mensen en organisaties met wie je samenwerkt. Je kunt de code gebruiken om afspraken te maken, om problemen in kaart te brengen en om bijvoorbeeld samen met brancheorganisaties, fondsen en (lokale) overheden te werken aan oplossingen.
De sector wordt gekenmerkt door grote verscheidenheid. Maatwerk is daarom noodzakelijk en onontkoombaar. Niet iedereen zal altijd in staat zijn om alle onderdelen van de code letterlijk na te komen. Daarom wordt het principe ‘pas toe en leg uit’ gehanteerd. De code biedt op die manier aanleiding om inzicht te geven en te vragen aan opdrachtgevers, opdracht- nemers en subsidiënten. Als instellingen of organisaties in hun verantwoording uitleggen waarom ze wel of niet in staat waren bepaalde afspraken na te komen, worden zowel verborgen gebreken als ‘best practices’ zichtbaar.
Het samen blijven doorontwikkelen en toepassen van de Fair Practice Code is de gedeelde verantwoordelijkheid van de hele sector: werkgevers, opdrachtgevers, werknemers, kunstenaars, zelfstandigen, ondersteuners, fondsen, bonden, organisaties en overheden. Wie de code toepast, wordt gevraagd dit ook (publiekelijk) uit te dragen. Dat kan bijvoorbeeld door een
verantwoording in de jaarverslagen, vermelding op je website of in gesprekken met je samenwerkingspartners of publiek.
Hierdoor wordt kennis over de Fair Practice Code verspreid en de toepassing ervan gestimuleerd.
Met behulp van een zelfscan kunnen organisaties en zelfstandigen controleren of zij handelen volgens de kernwaarden waarop de code is gebaseerd. Zijn de waarden uit de code vertaald in concreet beleid en wordt dit ook toegepast in de praktijk?
In de scan (www.fairpracticecode.nl) vind je praktische informatie bij de verschillende onderwerpen. Denk aan bestaande afspraken in cao’s, honorariarichtlijnen, convenanten en andere relevante onderliggers die je als voorbeeld of kader kunt gebruiken.
Uitgangspunten: kernwaarden
–Solidariteit: De noodzaak van een gemeenschappelijk belang en afhankelijkheid wordt zowel binnen de keten van creatie, productie, distributie en exploitatie in de sector zelf, als in de samenleving als geheel erkend. Dit betekent dat het vanzelfsprekend is om de belangen van anderen te verdedigen en elkaar verder te helpen, collectieve (auteursrecht)afspraken na te streven en het belang van collectieve verantwoordelijkheid voor eerlijke betaling te erkennen en waar te maken.
–Diversiteit: De culturele en creatieve sector wil inclusief zijn. Hij moet meer ruimte en kansen bieden en is gebaat bij een betere afspiegeling van de samenleving in alle organisatiegebieden en -niveaus. Het gaat hierbij niet alleen over culturele of etnische achtergrond, maar ook over gender, seksuele geaardheid, leeftijd, kennis en vaardigheden en sociaaleconomische achtergrond.
–Duurzaamheid: Om het hoge niveau en het potentieel van de culturele en creatieve sector te behouden en te stimuleren, moeten creatieve professionals in hun beroepspraktijk niet worden ontmoedigd. Dit kan door middel van toekomstgericht beleid dat inzet op groei en ontwikkeling van menselijk kapitaal.
Tevens door investeringen in kwaliteit van werken door scholing, HR-beleid en afspraken over verzekering en pensioenen om de potentie en motivatie alle werkenden in de sector op de lange termijn te borgen. Het gaat om erkenning van de immateriële waarde van kunstenaars en creatieven voor de duurzame en creatieve kennissamenleving die we willen zijn.
–Vertrouwen: Anders dan in veel andere sectoren in de samenleving is het in cultuur en in de creatieve sector – net als bijvoorbeeld in de wetenschap – moeilijk om inspanning, talent en arbeid direct te relateren aan kwaliteit en aan kwantitatieve ‘output’ met een meetbaar rendement. In plaats van afrekenen op ‘output’ is vertrouwen in ‘outcome’, toewijding, kwaliteit en intentie een noodzakelijke waarde en voorwaarde voor succes.
–Transparantie: Een voorwaarde voor vertrouwen en inzicht in elkaars belangen en mogelijkheden, is een zekere mate van openheid in beleid en bedrijfsvoering. Een transparante markt – die voor een deel wordt gefinancierd door maatschap- pelijke opdrachtgevers zoals fondsen en overheden – bevordert vertrouwen, eigenaarschap en biedt strategische en praktische kansen voor samenwerking.
Fair Practice Code
Overwegende dat:
–De culturele en creatieve sector een onmisbare waarde in de Nederlandse samenleving vertegenwoordigt en een breed maatschappelijk belang dient.
–De culturele en creatieve sector het visitekaartje is van Nederland en een belangrijke positieve bijdrage levert aan onze reputatie in het buitenland van innovatief, onder- nemend en creatief land.
–De creativiteit en zeggingskracht van makers de kern vormen van de unieke waarde die deze sector voor de samenleving vertegenwoordigt.
–De culturele en de creatieve sector gebaat is bij een grote verscheidenheid aan organisaties, ondernemingen en zelfstandige professionals, in uiteenlopende werkvelden.
–De economische waarde die door de culturele en creatieve sector wordt gecreëerd in veel gevallen niet terecht komt bij de sector of de maker.
–Eenieder die arbeid verricht, recht heeft op een rechtvaardige en gunstige beloning, welke hem en zijn gezin een menswaardig bestaan verzekert, welke beloning zo nodig met andere middelen van sociale bescherming zal worden aangevuld (Universele Rechten van de mens, Artikel 23.3).
–Het in het belang is van een toekomstgerichte, innovatieve culturele en creatieve sector dat arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden worden versterkt.
Stellen gebruikers van de Fair Practice Code zich tot doel:
Om, met in achtneming van:
De Governance Code Cultuur De Code Culturele Diversiteit
Zich gezamenlijk in te zetten voor Fair Pay, Fair Share en Fair Chain:
–Een eerlijke, duurzame en transparante bedrijfsvoering en respectvol, solidair en in vertrouwen met elkaars belangen rekening houden, ten dienste van een sterke sector die de potentie en kansen van makers ten volle benut en doet renderen.
En de volgende kernwaarden uit te dragen en waar te maken:
Solidariteit
– Tegenover werk staat een eerlijke vergoeding.
–Hierbij worden cao’s en honorariumrichtlijnen zoveel mogelijk aangehouden.
–Betaling van (freelance) medewerkers geschiedt indien er geen cao is, redelijk en eerlijk. Afspraken over honoraria en vergoedingen kunnen in elke discipline worden ontwikkeld, voor zover nog niet aanwezig. Men maakt ook gezamenlijk afspraken over eerlijke auteursrechtvergoedingen voor exploitatie-overeenkomsten, op grond van Artikel 25c van de Auteurswet.
Fair Practice Code
–Er wordt, met inachtneming van het belang van flexibiliteit in de sector, scherp gekeken naar de verhouding onbetaalde en betaalde krachten, secundaire arbeidsvoorwaarden en gelijke behandeling. Een vrijwilligers- of stageplaats aanbieden vereist dan ook een heldere definitie van de functie, de arbeidsvoorwaarden en een passende vergoeding.
–Opdrachtgevers (culturele instellingen of kunstenaars) werken alleen met opdracht- nemers (‘onderaannemers’) die volgens de Fair Practice Code werken.
–Bij pitches en prijsvragenbeleid wordt professionele arbeid voor alle deelnemers vergoed.
–De culturele en creatieve sector moet gezamenlijk zorg dragen voor een sterk veld.
–Bijvoorbeeld door te verenigen en samen te delen en door financiering van het collectief.
–Door een bijdrage te leveren aan de gezamenlijke belangenbehartiging en door ondersteuning te bieden aan opleiding en ondernemerschap.
Transparantie
– De bedrijfsvoering van organisaties (van fonds tot zzp’er en alles daartussen) is zo transparant mogelijk.
–Gegevens over bedrijfsvoering worden waar mogelijk gedeeld en publiek toegankelijk gemaakt, hetgeen leidt tot inzichtelijkheid in elkaars situatie.
–De Fair Practice Code wordt uitgedragen en er wordt verantwoording over afgelegd.
–Publiek en privaat gefinancierde instellingen nemen de verantwoordelijkheid om de code toe te passen middels ‘het pas toe en leg uit principe’.
–Kunstenaars en instellingen besteden er aandacht aan in hun project- en jaarverslagen.
–De Governance Code Cultuur wordt nageleefd en uitgedragen.
–Kennis en expertise worden waar mogelijk gedeeld.
–De Fair Practice Code wordt ook nageleefd door onderaannemers.
Duurzaamheid
–Er wordt geproduceerd met het oog op de kwaliteit en de lange termijn.
–Dat betekent dat er wordt geïnvesteerd in het potentieel en de ontwikkeling van werkenden en dat:
- Scholing en ruimte tot ontwikkeling worden geboden waar
- Evaluatie onderdeel is van een
- Werkgevers en werknemers gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen om mentale en fysieke overbelasting te voorkomen.
–Dat betekent dat de sector zich gemeenschappelijk inzet voor de ontwikkeling van gezamenlijk beleid voor verantwoord marktgedrag.
–Dat betekent dat werkenden de verantwoordelijkheid nemen om hun diensten niet onder de kostprijs aan te bieden.
Fair Practice Code
–Dat betekent dat er constructief om wordt gegaan met al het materiële en immateriële kapitaal in de sector, met respect voor de persoonlijke investeringen in de culturele producten.
Diversiteit
– Men draagt gezamenlijk zorg voor meer inclusiviteit in de sector. Het gaat hierbij niet alleen over culturele of etnische achtergrond, maar ook over gender, seksuele geaardheid, leeftijd, kennis en vaardigheden en sociaaleconomische achtergrond.
– Men draagt gezamenlijk zorg voor het implementeren van de Code Culturele Diversiteit,
door deze in de eigen organisatie en het veld uit te voeren en elkaar erop aan te spreken.
– Men draagt gezamenlijk zorg voor brede representatie in publiek, programma en personeel en in vertegenwoordigende organen of beleidsvormende processen.
– Waar nodig worden de structuur van de eigen organisatie en de arbeidsvoorwaarden
daarop aangepast.
Vertrouwen
– Er moet ruimte zijn voor maatwerk, bijvoorbeeld op het gebied van gestelde subsidie-eisen en bedrijfsdoelen. Er moet balans zijn tussen transparantie/bureaucratie enerzijds en het belang van de individuele instelling anderzijds.
– Kwaliteit wordt als uitgangspunt genomen.
– Men gaat op zorgvuldige wijze om met representatie en vermelding, door toe te zien op eigenaarschap, bronvermelding en rechtenafdracht.
– Men zorgt voor een laagdrempelige manier van het afwikkelen van geschillen,
bijvoorbeeld door aansluiting bij de geschillencommissie auteurscontractenrecht.
–Partijen trachten in onderling overleg tot een oplossing voor een eventueel geschil te komen. De geschillencommissie auteurscontractenrecht kan voor geschillen inzake de exploitatieovereenkomst met mediation en bindend advies daarbij behulpzaam zijn.
Colofon
Ontwikkeling Fair Practice Code
– Anne Breure, directeur Veem House for Performance, bestuur Kunsten ‘92
– Yvonne Grootenboer, beeldend kunstenaar, programmamaker en producent in de beeldende kunstsector
– Michelle Schulkens, Platform BK
– Jan Zoet, directeur Academie voor Theater en Dans, AHK, voorzitter Kunsten ’92
– Marianne Versteegh, algemeen secretaris Kunsten ’92
Met dank voor de feedback van de controlegroep
– Katie Schreiber, Ministerie van OCW
– Joachim Fleury, NAPK, Clifford Chance
– Birgit Donker, Nederlands Fotomuseum
– Henriëtte Post, Fonds Podiumkunsten
– Caspar de Kiefte, Kunstenbond
– Jo Houben, Cultuur + Ondernemen
– Titia Haaxma, Cultuur + Ondernemen
Fair Practice Scan
– Yvonne Grootenboer
– Michelle Schulkens
– Jan Zoet
– Marianne Versteegh
– Henriëtte Post
– Kees Lamers, VNPF
– Jeroen Kraaijveld, BNA
– Jeltsje In der Rieden, SPRING festival
– Peter van den Bunder, Kunstenbond
– Lene Grooten, Bureau &MAES
– Jorn Matena, Bureau &MAES
– Esther Gottschalk, Gottschalk Cultureel Advies
Fair Practice Code Strategische Denktank 2019
– Anne Breure
– Yvonne Grootenboer
– Michelle Schulkens
– Jan Zoet
– Jorn Matena
– Rutger Gernandt, zakelijk directeur De Warme Winkel
– Marianne Versteegh
Website
– Ontwerp: Thijs Verbeek
– Ontwikkeling: sssssst
Publicatie Fair Practice Code
– Ontwerp: Thijs Verbeek
– Druk: robstolk®
Deze publicatie is tot stand gekomen mede dankzij ondersteuning van OCW
P/a Kunsten ‘92
Herengracht 62
1016 BP Amsterdam